de documentaire
Tijdens repetities voor een theaterstuk gebaseerd op het klassieke verhaal van Echo en
Narcissus, wordt de relatie tussen tbs-patiënten en hulpverleners op scherp gezet. Welke
delen van zichzelf geven de patiënten wel en niet bloot aan hun hulpverleners?
In de
beslotenheid van de tbs-kliniek voelen een seksuoloog, een sociotherapeut, een
theaterdocent en een geestelijk verzorger mee met de hoge pieken en diepe dalen van vier
patiënten. Het leven binnen de vier muren kent veel uitersten: somberheid tegenover
euforie, opgekropte woede tegenover kwetsbaarheid. Vroeg of laat brengt dit de
medewerkers en patiënten dichter tot elkaar met een emotionele climax als gevolg. In
tegenstelling tot de patiënten kunnen de medewerkers daarna de deuren uit lopen en thuis
stoom afblazen. Toch blijven ze aangetrokken worden tot de rand van de afgrond, waar ze
zelf ook eens hebben gestaan. Wie heeft wie eigenlijk harder nodig?
Geestelijk verzorger Okke: “Het gevaar van de behandelaar is, dat hij alleen maar de Echo is
van de patiënt. En het gevaar van de patiënt is, dat hij eigenlijk alleen de ander, de
behandelaar, kan gebruiken voor zichzelf. Wat je eigenlijk zou hopen, is op dat toneel wat de
kliniek is, dat de Echo’s en de Narcissussen gaan begrijpen dat ze vastzitten in zichzelf.”